Herken jij deze beïnvloedingsstijlen bij de Nederlandse politici?
- Rubriek
- Blog
- Datum
- 13 maart 2017
- 3 minuten leestijd
Politieke leiders willen iets voor elkaar krijgen in de samenleving. Beïnvloeden is daarmee een belangrijk onderdeel van hun baan. Hoe beter hun beïnvloedingsvaardigheden, hoe groter de kans dat politici bereiken wat zij willen. Weet je dat er maar liefst 10 verschillende beïnvloedingsstijlen zijn? In dit artikel laten we zien welke dat zijn. Herken jij deze stijlen bij de lijsttrekkers?
De 10 beïnvloedingsvaardigheden verschillen in de focus: van ‘uitgaan van wat IK wil’ tot ‘de ANDER centraal stellen’. Ook verschillen ze in de mate van intensiteit. De situatie en het te bereiken doel bepalen namelijk hoe intens je communiceert. En de combinatie van deze twee punten bepaalt welke kracht je gaat inzetten: willen, denken, invoelen en geloven.
De kracht van het willen: aansporen
Setting: de energie waarin je je bevindt is krachtig en intens. Je communiceert sterk vanuit je eigen wil en expertise. De beïnvloedingsvaardigheden die je hierbij inzet zijn:
Stijl 1 Complimenteren
Iemand in beweging krijgen door te motiveren en (oprecht) te benadrukken wat deze persoon goed kan.
Stijl 2 Profileren
Laat de ander zien wie je bent en waar je voor staat. Maak je deskundigheid kenbaar zonder je ego centraal te stellen.
Stijl 3 Stelling nemen
Neem een stelling in zonder een discussie uit te lokken. Gebruik hierbij kort en krachtig taalgebruik.
De kracht van het denken: overtuigen
Setting: de energie waarin je je bevindt is minder intens. Hierbij communiceer je nog wel vanuit je eigen expertise, maar niet zo sterk als bij aansporen. De nadruk ligt meer op de onderbouwing waarom je iets vindt of voorstelt. De beïnvloedingsvaardigheid die je hier in zet is:
Stijl 4 Argumenteren
Je brengt logische argumenten in en bestrijdt de argumenten van de ander. Je presenteert feiten, herhaalt je boodschap, lokt reacties uit en laat doelgerichte bewegingen zien.
De kracht van het invoelen: onderzoeken
Setting: de energie waarin je je bevindt heeft dezelfde mate van intensiteit als bij overtuigen, maar is meer gericht op de ander. Centraal staat wat de ander denkt en voelt. In deze onderzoekende modus probeer je jezelf te verplaatsen in de ander. Beïnvloedingsvaardigheden die je hierbij inzet zijn:
Stijl 5 Luisteren, samenvatten en doorvragen
Zet de ander en de relatie centraal door je te verdiepen in wat voor de ander van belang is.
Stijl 6 (De ander erbij) betrekken
Leg je vraag of dilemma voor en nodig de ander uit om hierop te reageren.
Stijl 7 Erkenning geven
Gun de ander waardering voor zijn inbreng en bedank hem expliciet.
De kracht van het geloven: inspireren
Setting: de intensiteit is hierbij weer in volle omvang aanwezig. Hierbij is de communicatie ook weer volledig gericht op de ander. In deze inspirerende modus communiceer je volledig vanuit het belang van de ander. Hierbij horen de beïnvloedingsvaardigheden:
Stijl 8 Lonkend toekomstperspectief schetsen
Beschrijf de gewenste situatie waarin je echt gelooft, waar ook iedereen baat bij heeft.
Stijl 9 Aansluiten bij het belang van de ander
Benoem bij dit lonkend toekomstperspectief expliciet het belang dat de ander heeft bij het nastreven van dit ideaalplaatje.
Stijl 10 Het zetten van de eerste stap
Maak het droombeeld realistisch door de ander duidelijk te maken welke eerste stap hij kan zetten.
Waarschijnlijk herken je dat je zelf een of meerdere stijlen van beïnvloeden vanuit nature vaker inzet. En dat je andere stijlen minder – of zelfs helemaal niet – gebruikt. De kunst is om de verschillende stijlen bewust in te zetten en weten wanneer je welke het beste kunt gebruiken. Je zult merken dat wanneer je hier bewust mee bezig bent, dat je dan meer voor elkaar krijgt bij een ander. Probeer het maar eens uit…
